zondag 9 oktober 2011

Steve Jobs over de dood

In zijn ondertussen beroemd geworden toespraak aan studenten van de Stanford University in 2005, zei Steve Jobs: “In de voorbije 33 jaar heb ik elke ochtend in de spiegel gekeken en mezelf afgevraagd: ‘Als dit de laatste dag van mijn leven zou zijn, zou ik dan willen doen wat ik vandaag ga doen?’ Als het antwoord gedurende enkele dagen ‘Neen’ was, dan wist ik dat ik iets moest veranderen.”

Deze woorden doen onwillekeurig denken aan de woorden van de in 1976 overleden Duitse filosoof Martin Heidegger. Ook Heidegger nodigt ons inderdaad uit ons bewust te worden van de eindigheid en de tijdelijkheid van het leven. Heidegger ziet het bestaan zelfs wezenlijk als een ‘zijn-ten-dode’ (Sein zum Tote). Dat bestaan kan dan op twee manieren geleefd worden: een ‘eigenlijke’ (authentieke) en een ‘oneigenlijke’ (inauthentieke) manier van zijn. De ‘oneigenlijke’ manier is gewoon doen wat iedereen doet, het dagdagelijkse meelopen met de massa, met de kudde (door Heidgegger aangeduid als het ‘men’). De ‘eigenlijke’ manier is de uit fundamentele angst ontstane mogelijkheid die door Heidegger ook als een merkwaardige ‘vrijheid-ten-dode’ (Freiheit zum Tode) wordt omschreven. De eigenlijke existentiële vrijheid, de ruimte om ons individuele leven vorm te geven, ontstaat volgens Heidegger pas als we ons bewust worden van onze eigen eindigheid. Als het leven eindeloos zou zijn, zou het er immers niet toe doen hoe we ons bestaan doorbrengen. De mens ontvlucht evenwel de angst, en dus ook de vrijheid, door zich over te geven aan een oneigenlijk leven, het middelmatige leven van de ‘normale’ mens. Denken aan de dood wordt door velen (ook professionelen) als ‘zwarte gedachten’ bestempeld, die men probeert te ontlopen door aan ‘leukere dingen’ te denken of zelfs in therapie te gaan of geneesmiddelen te nemen.

Steve Jobs: “Mij voor ogen houden dat ik spoedig dood zal zijn, is de beste manier die ik ken om mij het helpen bij belangrijke beslissingen in mijn leven, want zowat alles – verwachtingen, trots, angst om te falen – verzinkt in het niets in het aangezicht van de dood. Alleen wat echt belangrijk is blijft. Eraan denken dat je gaat sterven is de beste manier die ik ken om de valkuil te vermijden die eruit bestaat te denken dat je iets te verliezen hebt. Je bent al naakt. Er is geen enkele reden om je hart niet te volgen.”

De moderne mens kent vooral een negatieve vrijheid. Hij wil vrij zijn van dwang en inmenging, maar hij mist een positieve vrijheid, een vrijheid tót. Mensen weten niet wat met hun vrijheid te doen. Zij laten zich leven, zij drijven op de golven van het dagelijkse leven. Zij stoppen heel wat energie in het bereiken van allerlei doelen (bezittingen, activiteiten, relatie, vakantie, amusement) waarvan ze hopen dat het leven daardoor een goede wending zal nemen. Vele mensen klagen dan ook over de verkeerde partner, de verkeerde baan, de verkeerde omstandigheden. Zij doen alsof hun leven bepaald wordt door iets buiten hen. Zij begrijpen niet dat zij op die manier geleefd worden door de waarden van de samenleving, dat zij gewoon doen wat ‘men’ zegt dat belangrijk is. Zij zien niet dat alleen zijzelf verantwoordelijk zijn voor hun levensproject (of het ontbreken daarvan) en dat hun leven uiteindelijk bepaald wordt door hun eigen keuzes, zelfs als die keuze eruit bestaat geen keuze te maken. Zij beseffen niet dat zij hun verantwoordelijkheid desondanks niet kunnen ontlopen, dat zij, zoals Sartre zei: “veroordeeld zijn tot vrij zijn”. De uiteindelijke ernst, maar ook de mogelijke lichtheid van het bestaan, kunnen alleen begrepen worden in het licht van de eindigheid en de eenmaligheid van het eigen leven. Alleen dan wordt duidelijk welke betekenis beslissingen hebben en hoe kostbaar de momenten van het leven zijn.

Michel de Montaigne zei: “Wie angstig is voor de dood, is al halfdood door de angst.” De angst voor de dood komt tot uiting in de angst voor het leven. Het is niet de bedoeling mensen angstig te maken, maar ook niet hun angst weg te nemen. Het is alleen de bedoeling angst tot iets begrijpelijks en verdraagbaars te maken, iets wat bij het leven hoort. Vluchten voor de angst in een oneigenlijke leven (er niet aan denken, leuke dingen gaan doen…) leidt alleen tot meer angst. Angst wordt alleen minder door er concreet doorheen te gaan, dat betekent de eigen eindigheid en de eigen dood onder ogen zien. Angst is geen tegenstander of vijand die bestreden moet worden of waarvoor men kan vluchten. Angst is existentieel. Als we de angst gewoon laten zijn, merken we dat hij ons niet doodt, maar ons vrijmaakt om in de wereld te zijn. Elisabeth Kübler Ross zei: “De dood leren zien als een onzichtbare maar vriendelijke gezel die u er vriendelijk aan herinnert de dingen die u wil doen niet tot morgen uit te stellen, is leren het leven te leven eerder dan het door te komen.”

Steve Jobs: “De dood is waarschijnlijk de beste uitvinding van het leven. De dood maakt verandering mogelijk. Hij ruimt het oude op om plaats te maken voor het nieuwe. Op dit ogenblik zijn jullie het nieuwe, maar binnen niet al te lange tijd zullen jullie geleidelijk het oude zijn en opgeruimd worden. De tijd is beperkt, dus verspil hem niet door het leven van anderen te leiden. Laat je niet leiden door dogma’s want dat is leven met het denken van anderen. Laat de stemmen van de meningen van anderen je eigen innerlijke stem niet verdringen. En belangrijkst van al: heb de moed om je hart en je intuïtie te volgen. Die weten wat je echt wil worden. Al de rest is bijkomstig.”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten