zaterdag 25 oktober 2008

Hoe kan ik dan met angst omgaan?

Praktisch komt het erop aan vriendschap te sluiten met onze angsten en dat kunnen we doen door in te zien dat angst voortkomt uit oude vertrouwde verhalen die we verzonnen hebben om onszelf te beschermen – verhalen die we als kind geloofden maar die voor ons als volwassenen niet meer opgaan. Angst is (net als hoop) het gevolg van een verwachting, een interne projectie. In het geval van angst gaat het om zogenaamd “negatieve” gedachten, beter te omschrijven als “neen”-gedachten. Als we angstige gedachten logisch dóórdenken, helemaal tot het einde, in plaats van bij een “neen!” te blijven stilstaan, ontdekken we dat de meeste hun kracht en hun greep zullen verliezen. Als we bij elke stap verder denken (“en wat dan nog?”) dan wordt alles gewoonweg komisch en lost de angst op. Tegenover de angst van de projectie is de realiteit van dit moment de veiligste plek.

“Ik heb verlatingsangst. Ik ben zo bang dat mijn partner mij zal verlaten.”
“En wat dan?”
“Dan ben ik alleen.”
“En wat dan?”
“Dan ben ik eenzaam.”
“En wat dan?”
“Dan ga ik mij slecht voelen.”
“En wat dan?”
“Dan ga ik misschien de hele dag huilen.”
“En wat dan?”
“Misschien kan ik niet meer ophouden met huilen.”
“En wat dan?”
“Dan krijg ik er vroeg of laat waarschijnlijk toch genoeg van om te huilen en dan word ik moe en ga ik slapen…”

Vaak weet de geest immers niets meer te verzinnen en begint alles absurd te lijken. Wat is er immers om bang voor te zijn? Welkom in de volwassen wereld! Nu we volwassen zijn kan niemand ons echt “in de steek laten”. De enige persoon die ons echt kan afwijzen zijn wijzelf…

Telkens we deze “En wat dan nog?”-methode op onze angsten toepassen, wordt de angst minder groot. Dezelfde methode is overigens ook bruikbaar voor andere emoties, bijv. verdriet. Als wij diep in onszelf en in onze emoties kijken, vinden wij altijd vrede en rust. Maar vaak geven we te snel op en worden we door een “neen!” overweldigd. Angst is dus een onafgewerkte “neen”-gedachte die als het ware ons bewustzijn gijzelt.

Telkens wij voor de angst terugdeinzen, is het gevolg dat de angst groter wordt en dat ons vertrouwen kleiner wordt. De bankrekening van ons vertrouwen wordt kleiner.

Telkens wij voor iets angst voelen maar besluiten het toch te doen, wordt ons vertrouwen groter en wordt de angst kleiner. Onze vertrouwensbankrekening gaat naar boven. Voor de meesten onder ons waren de eerste schooldag, de eerste keer op een grote fiets, de eerste keer in het zwembad, het eerste afspraakje en de eerste kus allemaal beangstigend. Maar toch hebben we het gedaan en daardoor werden ze gemakkelijk.

Niet zelden kunnen mensen maar moeilijk geloven of aanvaarden dat hun zwaarwichtig lijkende probleem, waarvoor ze al zo lang een oplossing zoeken, zo ontnuchterend eenvoudig kan zijn. Vaak hebben mensen, soms met de hulp van therapeuten, naar de “diepere oorzaken” gezocht en kunnen zij maar moeilijk aanvaarden dat die er gewoonweg niet zijn. Zij kunnen niet geloven dat zij zichzelf eigenlijk al zo lang gewoon voor de gek hebben gehouden.

Overigens mag angst niet verward worden met voorzichtigheid. Voorzichtigheid is op een volwassen manier rekening houden met mogelijke (ongewenste) scenario’s die zich kunnen voordoen en die men in het bewustzijn redelijk kan onderzoeken. Het is een inbeelding zonder emotie. Angst daarentegen is een emotie die een redelijk onderzoek juist bemoeilijkt omdat er een alarmsignaal afgaat. Het is reageren alsof de ingebeelde toestand een realiteit was. Een kind kan angstig zijn voor vliegtuigen, liften of tunnels. Een volwassene weet dat reizen met het vliegtuig een risico inhoudt, net zoals het gebruik van liften en tunnels. Hij kent dat risico en aanvaardt dat het deel uitmaakt van het moderne leven, net zoals natuurlijke risico’s deel uitmaakten van het leven van onze voorouders in de natuur.


maandag 20 oktober 2008

Ik word achtervolgd door zwarte gedachten en ik ben vaak angstig of boos. Hoe kan ik die gedachten loslaten?

Gedachten en de daarbijhorende emoties zijn een gevolg van evolutionaire, sociale en theatrale scenario’s die zich in ons afspelen. Wij kunnen niet beletten dat zij in ons ontstaan. Er zijn echter geen gedachten die mensen kunnen “achtervolgen”. Gedachten zijn nooit een probleem. Mensen hebben alleen een probleem als ze hun gedachten verwarren met de realiteit, als ze hun gedachten geloven en voor waar nemen. Dan ontstaan emoties. Emoties zijn reacties op realiteiten. Emoties als reactie op gedachten zijn zinloos. Gedachten zonder emoties leiden tot voorzichtigheid en verstandige maatregelen. Gedachten mét emoties leiden tot angst en paniek, en tot onverstandig gedrag. Hoe meer je inziet dat je niet je gedachten bent maar de waarnemer van je gedachten, hoe minder gedachten in staat zullen zijn je allerlei emoties te geven of ongelukkig te zijn. Gedachten zijn simulaties van de realiteit en zijn bedoeld om de realiteit te onderzoeken, net zoals een piloot leert vliegen in een simulator. Als hij weet dat hij in een simulator zit, kan hij rustig de mogelijkheid onderzoeken zonder bang te zijn om te crashen.

Emoties als angst en boosheid zijn in aanleg uitingen van evolutionaire reacties en mechanismen die in ieder van ons aanwezig zijn. Zij zijn het gevolg van de zogenaamde fight or flight reacties. Elk dier is in wezen angstig omdat angst in de evolutie nuttig was voor de overleving. Dieren worden voortdurend, tientallen keren per dag, in hun overleving bedreigd en alleen dieren die voldoende angstig waren, hebben overleefd. Alle dieren kunnen ook agressief zijn, omdat ook agressie bijdraagt tot de overleving. Dieren hebben immers geen andere mogelijkheden om belangenconflicten over territorium, voedsel, partners, enz. te regelen. Het evolutionaire spel is louter op voortbestaan gericht, niet op individueel welzijn. Veel van wat wij als “elementaire“ menselijke morele eigenschappen beschouwen, komt in de natuur niet voor. Zo zijn gelijkheid en rechtvaardigheid geen natuurlijke eigenschappen maar slavernij, misleiding en uitbuiting wel. Het evolutionaire spel heeft dus niets te maken met onze geestelijke individualiteit en onze echt “menselijke” opvattingen. Het heeft geen morele dimensie en is ook niet bedoeld voor individueel geluk.

Het bewustzijn, dat uniek is voor de mens, is enerzijds een verdere ontwikkeling van deze evolutionaire mogelijkheden, en stelt ons anderzijds in staat deze te overstijgen.
Het bewustzijn heeft van de mens een formidabele overlevingsmachine gemaakt. In tegenstelling tot dieren die niet kunnen overleven als ze uit hun biotoop verwijderd worden, kan de mens inderdaad overal overleven. Dit is een rechtstreeks gevolg van de ongelooflijke menselijke mogelijkheden om te leren. Dieren kunnen alleen uit eigen ervaring leren. De mens kan, dankzij de taal, snel en gemakkelijk uit de ervaring van anderen leren. De mens kan daardoor voortbouwen op de kennis van anderen en kan daar originele oplossingen voor problemen aan toevoegen. Daardoor heeft de mens mogelijkheden waarmee hij ook ongehoord veel onheil kan aanrichten. Hij kan immers ook de verkeerde dingen leren. Hij is onderhevig aan het sociale spel van heersende opvattingen en overtuigingen. Ook dat is dus niet onze echte individualiteit maar is een maatschappelijk spel dat in ons gespeeld wordt…

Onze emoties worden immers niet bepaald door wat zich in de buitenwereld voordoet. Gebeurtenissen in de buitenwereld zijn gewoon feitelijkheden. Onze emoties worden niet bepaald door deze feitelijkheden maar door ons intern proces, met name de manier waarop wij die feitelijkheden in ons bewustzijn ensceneren en betekenissen geven, onze mentale theatralisering, de serene, komische of hysterische symbolisering en dramaturgie in het theater van ons bewustzijn. Elke emotie en elke ervaring heeft een interne structuur. Wie boos is, is boos op een interne voorstelling. Wie angstig is, is angstig vanwege een interne voorstelling. Wie gelukkig is, is gelukkig vanwege een interne voorstelling. Elke emotie en elke ervaring is dan ook een uitnodiging om die interne structuur, dat interne proces beter te leren kennen en dus bewuster te worden. Door het bewustzijn heeft de mens de mogelijkheid tot emotionele intelligentie, d.i. het intelligent omgaan met interne voorstellingen en emoties. Dat betekent niet meer of niet minder dan het in handen nemen van het interne proces, de interne regie, de interne dramaturgie.

Er zijn geen gedachten die mensen achtervolgen, er zijn alleen gedachten die steeds weer terugkeren omdat wij er geen plaats aan gegeven hebben en er ons tegen verzetten. De gedachten die “spontaan” in ons opkomen en die wij doorgaans aan een “ik” toeschrijven, zijn in de meeste gevallen niet-onderzochte uitspraken afkomstig uit de samenleving. Zij doen zich voor in de taal van de samenleving en met de woorden van de samenleving die wij tijdens onze opvoeding geleerd hebben. Gedachten die wij “zwarte gedachten” noemen, zijn gedachten die wij niet willen hebben. Maar juist door onze pogingen om ze niet te hebben, blijven ze terugkomen. Dat waar je aandacht en energie aan besteed, hou je precies in stand. Dat waar je probeert niet aan te denken, is daardoor uiteraard juist in het denken aanwezig (probeer maar eens niet aan een roze olifant te denken). Het is als jengelende kinderen die je wel even het zwijgen kunt opleggen, maar die even later alweer daar zijn en die doorgaan tot ze hun zin gekregen hebben of tot je een andere regeling hebt getroffen die de zaak afsluit. Zolang wij bepaalde gedachten niet hebben dóórgedacht en ze op die manier een plaats hebben gegeven, zullen ze terugkomen. (zie de vraag over angst)

Door zijn bewustzijn heeft de mens de mogelijkheid om zijn echte individualiteit te uiten en het evolutionaire en sociale spel te overstijgen.
De mens kan begrijpen dat zijn echte individualiteit, zijn echte zijn, méér is dan de fenomenen die zich in hem voordoen. Deze fenomenen zijn immers geen onontkoombare fataliteiten. De mens kan er afstand van nemen en een echt auteur worden van een eigen scenario in plaats van een speelbal van onpersoonlijke krachten.

- Maar hoe kan ik mijn verleden dan loslaten?
- Wat zou dat loslaten voor jou betekenen?
- Dat de gedachten aan het verleden er niet meer zijn, dat ze mij niet meer achtervolgen en kwellen!
- Dat is niet loslaten, dat is hopen dat er een mirakel zou gebeuren.
- Ja maar, hoe kan ik het verleden dan loslaten?
- Door te beseffen dat er niets los te laten is. Het verleden is voorbij. Je hoeft het niet meer los te laten. Het is al losgelaten. Het idee van loslaten is een misverstand.
- Ja maar de gedachten aan het verleden kwellen mij nog.
- Dat is niet omdat je die gedachten nog niet hebt losgelaten, maar omdat je er nog niet in het reine mee gekomen bent. Je bent er niet klaar mee. Gedachten blijven actief en komen terug zolang je er niet klaar mee bent.
- Wat moet ik daar dan voor doen?
- Ophouden met proberen die gedachten niet te hebben!
- Ja maar ze kwellen me!
- Gedachten kunnen je niet kwellen. De kwelling is alleen je eigen poging die gedachten niet te hebben.
- Wat moet ik dan doen?
- Die gedachten dóórdenken, ze afhandelen zodat je ze te ruste kunt leggen.
- Hoe moet ik dat doen?
- Door de realiteit waarnaar die gedachten verwijzen, te aanvaarden.
- Maar wat is aanvaarden?
- Zoals je bijv. de regen aanvaardt. Als je de regen aanvaardt, dan blijf je er niet over kankeren. Zolang je over de regen kankert, heb je hem niet aanvaard. Je hebt hem aanvaard als je er geen emotie van verzet meer bij hebt. Als er geen neen-gedachten meer zijn.
- Hoe kan ik mijn verleden aanvaarden?
- Door erover dóór te denken en al je neen-gedachten om te vormen tot ja-gedachten. Ja is het woord van de aanvaarding. Het is ook het woord van de vrede. Je aanvaard je verleden door vrede te sluiten met het verleden.
- Hoe weet ik dat ik in vrede ben?
- Als het niets meer uitmaakt of de gedachte komt of niet komt. Zo lang je zelfs maar hoopt dat de gedachte niet zal komen, heb je ze niet aanvaard.
- Ja maar het verleden heeft toch nog gevolgen voor het heden!
- Dat is een onoverkomelijke wetmatigheid van het leven. Ook daar zul je vrede moeten mee sluiten. Iedereen heeft te maken met gevolgen van keuzes die door hemzelf of door anderen in het verleden gemaakt zijn.
- Maar dat blijft mij kwellen!
- De kwelling is je neen-zeggen, je vechten, je strijden met de wereld zoals ze is. Het is weigeren de wereld te aanvaarden en te bewonen zoals ze nu is.
- Dus het komt neer op aanvaarden?
- Ja, het komt neer op een radicaal pacifistische houding tegenover de dingen die je nu eenmaal niet kunt veranderen.
- Ja maar dat is gemakkelijk gezegd …
- Ja hoor eens, dat is nu eens een gemakkelijke cliché-opmerking… de vraag is niet of het gemakkelijk gezegd is of niet, de vraag is of je ermee opschiet.