maandag 10 mei 2010

Wat is de betekenis van de huidige crisis?

Ik denk dat we deze “crisis” beter als een begin van financiële een economische correctie van de bestaande onevenwichten in de wereld kunnen zien. Het is het openbarsten van een abces. Het abces van de ongelijkheid en de onrechtvaardigheid in het grote lichaam van de mensheid. Als ergens in het lichaam van de mensheid geleden wordt, lijdt het hele lichaam…

Wij hebben al te lang gedacht dat wij ongestoord van onze nooit geziene welvaart en onze overdadige luxe zouden kunnen blijven genieten terwijl anderen in de meest mensonwaardige omstandigheden moeten leven en sterven en nauwelijks in hun meest elementaire behoeften kunnen voorzien. Terwijl wij ons opwinden over onze spaarcenten en onze koopkracht, sterven elders ter wereld elke dag kinderen van de honger, worden vrouwen verkracht en seksueel verminkt en sterven mensen aan de cholera zoals in de middeleeuwen. Dat wij daar onverschillig voor blijven, werpt een smet op onszelf.

De huidige welvaart heeft niet tot meer welzijn en geluk en tot een “caring society” geleid, maar wel tot een toenemende graaicultuur en individualisme met steeds meer cynisme en depressiviteit. Hoe kunnen wij ons druk maken over wie een beker of een medaille op de olympische of andere spelen of een titel in één of andere miss-verkiezing of een song-festival “in de wacht sleept”, terwijl ondertussen elke dag tienduizenden kinderen sterven bij gebrek aan water en voedsel? Is dit niet zonder meer obsceen en pornografisch? Hoe lang zullen wij nog denken dat dit ongestoord zal kunnen doorgaan?
Als u zes kinderen zou hebben, waarvan er vier bijna sterven van de honger, zou u zich dan in ernst kunnen opwinden over wie van de twee anderen een “Eurosongfestival for kids” zou kunnen winnen? Zouden uw prioriteiten dan niet een beetje anders liggen?

De moderne communicatiemogelijkheden maken dat steeds meer mensen over de hele planeet kunnen meemaken hoe wij, in onze rijke landen, onze tijd en onze koopkracht besteden aan futiele bezigheden in de vorm van enorme geld- en energieverslindende sportmanifestaties en -infrastructuren, muziek- of kunstfestivals en andere vermakelijkheden en luxegoederen. De hele planeet kan vernemen hoeveel spaartegoeden wij op onze banken hebben en toekijken hoe wij ons druk maken over de vermindering van onze overdadige koopkracht.

De enige mogelijke logica kan nochtans zijn dat onze spaartegoeden verder zullen verminderen en dat onze koopkracht verder zal dalen om het enorme onevenwicht op de planeet enigszins in de richting van meer evenwicht te sturen.
Aangezien wij niet bereid gevonden worden dit goedschiks te doen, zal het kwaadschiks moeten gebeuren. De “have-nots” zullen bijgevolg verder “terroristische aanslagen” plegen op de “haves”, dat wil zeggen op ons…

Is dit een boodschap van hoop? Ja! Als wij het vertrouwen herstellen in de mogelijkheden van elke mens en van de mensheid om steeds weer nieuwe oplossingen te vinden. En die zullen er komen. Het voordeel van problemen is dat zij de creativiteit en het denken stimuleren en oplossingen aantrekken. Net zoals de zich wijzigende toestand inzake energievoorziening, soms ook energiecrisis genoemd, nu reeds vele individuen en bedrijven ertoe aanzet nieuwe oplossingen te bedenken, zo zal ook de zich wijzigende toestand in de financiële en economische wereld, mensen en bedrijven ertoe aanzetten nieuwe oplossingen te bedenken.
Daniel Dennett schreef dat de weg naar wijsheid, zowel voor een individu als voor de mensheid, eenvoudig te duiden is: fouten, fouten en nog eens fouten, maar steeds minder en minder en minder. Fouten zijn gewoon correcties op ons denken.

Is dit een boodschap van geluk? Ja! Als we beseffen dat geluk niet bestaat uit een accumulatie van fijne en aangename gebeurtenissen en ervaringen, maar uit het deelnemen aan een proces dat groter is dan onze persoon en ons ego. Zoals elke cel in ons lichaam betekenis heeft omdat zij deelneemt aan een groter iets, zo heeft ons leven betekenis omdat wij bijdragen tot iets dat groter is dan wijzelf.

Voor ieder van ons biedt deze “crisis” dus de uitnodiging om na te denken over ons persoonlijk evenwicht tussen plezier en geluk. Plezier berust vaak immers op het verwerven en consumeren van plezierige bezittingen en het deelnemen aan aangename ervaringen. Geluk daarentegen berust op een mentale, existentiële en spirituele ingesteldheid. Voor deze laatste is bovendien niet veel koopkracht vereist…

vrijdag 7 mei 2010

Is het waar dat wij in ons leven dingen aantrekken?

Een reiziger liep langs een weg van een dorp in de bergen naar een dorp in de vallei. Onderweg zag hij een boer die het land aan het bewerken was.
“Mag ik u een vraag stellen?” vroeg de reiziger.
“Jazeker,” zei de landbouwer.
“Ik reis van het dorp in de bergen naar het dorp in de vallei en ik vroeg me af of u mij zou kunnen zeggen hoe de mensen daar beneden zijn?”
De boer dacht even na.
“Zegt u mij eens,” zei de boer toen, “hoe vond u de mensen daarboven?”
“Vreselijk”, zie de reiziger, “ik ben blij dat ik kon vertrekken. De mensen waren helemaal niet gastvrij. Toen ik aankwam werd ik koud begroet. Ik kreeg nooit het gevoel dat ik welkom was, hoe hard ik ook mijn best deed. De dorpelingen bleven afstandelijk en onder elkaar, zij zijn niet vriendelijk voor vreemdelingen. Zeg mij, wat kan ik in het dorp in de vallei verwachten?”
“Ik ben bang dat ik u moet zeggen dat uw ervaring daar beneden toch ongeveer dezelfde zal zijn,” zei de boer.
De reiziger dankte de boer, zuchtte en vervolgde zijn weg.

Enige tijd later kwam een andere reiziger langs de weg van hetzelfde dorp in de bergen naar het dorp in de vallei. Hij hield ook halt bij de boer die het land aan het bewerken was.
“Mag ik u een vraag stellen?” vroeg de reiziger.
“Jazeker,” zei de landbouwer.
“Ik reis van het dorp in de bergen naar het dorp in de vallei en ik vroeg me af of u mij zou kunnen zeggen hoe de mensen daar beneden zijn?”
De boer dacht even na.
“Zegt u mij eens,” zei de boer toen, “hoe waren de mensen daarboven?”
“Geweldig”, zie de reiziger, “ik zou er langer gebleven zijn als ik kon, maar ik moest verder reizen. De mensen waren zo gastvrij. Toen ik aankwam werd ik vriendelijk onthaald. Ik voelde mij een lid van de familie in het dorp. De dorpelingen waren vriendelijk en genereus en de kinderen speelden met mij. Het is jammer dat ik moest vertrekken maar ik zal er altijd met plezier aan terug denken. Maar zeg mij, wat kan ik in het dorp in de vallei verwachten?”
“Ik denk dat u zult zien dat de mensen daar even vriendelijk zijn,” zei de boer.
De reiziger dankte de boer, glimlachte en vervolgde zijn weg