vrijdag 22 februari 2013


Over persoonlijke vaardigheden en de bron van goed voelen in jezelf

Als iemand u zou vertellen dat hij of zij wel kan zwemmen in de Noordzee, maar niet in de Middellandse zee, wat zou uw reactie dan zijn? Als iemand u zou vragen hoe het komt dat hij of zij wel viool kan spelen in Antwerpen maar niet in Brussel, wat zou u dan antwoorden? Precies: dat dit onmogelijk is omdat zwemmen of vioolspelen persoonlijke vaardigheden zijn die men al dan niet geleerd kan hebben, maar die niet afhankelijk kunnen zijn van omstandigheden of van de plaats waar men zich bevindt.

Toch is dit precies het soort verhaal dat door vele mensen wordt verteld. Een zakenman met een ‘diagnose’ van burn-out vertelde mij dat hij zich goed voelt zodra hij in de Verenigde Staten is, maar dat hij zich in Europa niet goed kan voelen omdat de mensen in Europa ‘zo anders’ zijn. Een hoog opgeleide dame met een ‘diagnose’ van depressie vertelde mij dat zij zich alleen maar goed kon voelen bij haar verzameling orchideeën. Zij had weliswaar ook enkele zorgvuldig geselecteerde vrienden waar zij zich goed bij voelde, maar voor de rest ‘stootte zij overal op de domheid van de mensen en de absurditeit van de samenleving’ en kon zij zich onmogelijk goed voelen. Zij had liefst zo weinig mogelijk met mensen te maken en ofschoon zij een goede baan had, ging zij met tegenzin naar haar werk. Een oudere dame met een ‘diagnose’ van, jawel, depressie, vertelde mij dat zij zich alleen nog goed kon voelen met haar jonge katje: ‘mijn katje is nog de enige bron van vreugde in mijn leven’. Ik zou het aantal voorbeelden willekeurig kunnen uitbreiden. Onnodig erbij te vermelden dat al deze mensen al verschillende antidepressiva hadden geprobeerd. Uiteraard zonder succes.

Dat deze mensen mij dit vertellen (en dus proberen mij dit te doen geloven) is in de grond minder belangrijk dan het feit dat ze dit tegelijk ook aan zichzelf vertellen en dit geloof dus in zichzelf in stand houden. Daardoor geven zij de omgeving en de omstandigheden een grote macht over hun innerlijke emotionele wereld. Dit lijkt in hun ogen echter zo onontkoombaar waar te zijn en wordt ook door de maatschappelijke clichés als zo normaal en als een teken van (grote) gevoeligheid gezien, dat het niet makkelijk is mensen op andere gedachten te brengen.

Gedragsverandering is nochtans alleen maar mogelijk in een context van herkadering van het mentale landschap. Herkadering gaat het gemakkelijkst door het vertellen van verhalen of het stellen van vragen. Dat werkt veel beter dan een filosofische discussie. Ik stel dus de hogergenoemde hypothetische vragen. De meeste mensen zien het absurde van de uitspraken redelijk snel in en begrijpen dat dit alleen maar op een misverstand kan berusten. Dan gaat er plots een lichtje branden en begrijpen zij iets. Alleen blijft het moeilijk de stap te zetten naar de opvatting dat goed-voelen en welzijn een persoonlijke vaardigheid zou zijn in plaats van iets dat ons als een genade gegeven wordt of afhankelijk is van omstandigheden en van anderen. Ik leg uit dat katjes of orchideeën of de Verenigde Staten of wat dan ook, niet in staat zijn mensen goede of minder goede gevoelens te ‘geven’. Het zijn gewoon realiteiten die er alleen maar zijn zoals een bloem of een boom er alleen maar is. Zij zijn niet goed en zij zijn niet slecht. Als mensen zich bij die realiteiten goed voelen, is het omdat zij aan die realiteiten een bepaalde betekenis geven en daardoor in zichzelf een proces op gang brengen.

Gregory Bateson wees erop dat als men een steen een schop geeft, deze precies zo ver zal vliegen als men hem energie heeft ‘gegeven’, maar dat als men een hond een schop geeft, het dier niet alleen een eind zal vliegen maar vervolgens kan terugkomen en bijten. Dat terugkomen en bijten gebeurt niet met de energie van de toegediende schop, maar met de energie van interne processen in de hond zelf. Een levenloos systeem reageert volgens onveranderlijke wetmatigheden van actie en reactie. Bij een levend wezen zijn er echter interne processen waardoor een gedrag ontstaat in plaats van alleen maar een reactie. Omdat de mens daarenboven een bewustzijn heeft, kan hij ook altijd bewuste keuzes maken. Hij kan kiezen welke interne processen die hij op gang wil (laten) brengen. De overgang van een bepaald gedrag naar een ander kan dan ook 20 seconden of 20 jaar duren. Ieder mens neemt daartoe de tijd die hij nodig heeft. Een steen ondergaat. Een mens onderneemt.

Een mens kan zich realiseren dat het goede gevoel dat hij in een bepaalde omstandigheid ervaart, van hemzelf is. Hij kan het zich toeëigenen en tot zijn bezit maken zodat hij het altijd en overal bij zich kan dragen. Gevoelens worden ons niet ‘gegeven’. We laten ze in onszelf ontstaan. Op die manier verwerft men volwassenheid en emotionele onafhankelijkheid. Pas als men met de eigen emoties in vrede leeft, kan men ook echt aandacht hebben voor de emoties van anderen. Dat maakt dan ook echte gevoeligheid en empathie mogelijk in plaats van gevoelerigheid en emotionele afhankelijkheid. Dat kan uiteraard geen enkel geneesmiddel doen, zoals ook geen enkel geneesmiddel u kan leren zwemmen of viool spelen. Het medicaliseren van onvermogen leidt nooit tot meesterschap en medicatie kan nooit een leerproces vervangen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten