Posts tonen met het label holistische benadering. Alle posts tonen
Posts tonen met het label holistische benadering. Alle posts tonen

zondag 10 oktober 2010

Wat is een integrale/holistische benadering van gezondheid/welzijn/geluk?

Alternatieve therapieën stellen vaak dat zij een integrale of holistische benadering van de mens nastreven, wat alleen maar kan betekenen dat rekening wordt gehouden met alle aspecten van de mens, d.i. zowel de materiële als de niet-materiële, symbolische aspecten van het individu en van de omgeving waarin dat individu leeft.

Laten we ons voorstellen dat we iemand zouden willen helpen die moeite heeft om een tango te leren dansen. Tango-dansen is natuurlijk een metafoor voor gelukkig of ongelukkig zijn, die hoger reeds beschreven werden als een dans met het leven.

Dan zouden we ons kunnen afvragen:

1. Is de betrokkene lichamelijk in staat om tango te dansen?
Een onderzoek naar de lichamelijke mogelijkheden is het gemakkelijkst en omvat het nagaan of de betrokkene over voldoende evenwicht, spierkracht, coördinatie, fijne en grove psychomotoriek, intelligentie enz. beschikt. Dit onderzoek gaat dus over botten, spieren, zintuigen, hersenen en eventueel hormonen en neurotransmitters.

2. Heeft de betrokkene een adequate mentale ingesteldheid om tango te dansen?
Heeft de betrokkene gevoel voor ritme? Houdt hij van muziek? Houdt hij van lichamelijke beweging? Houdt hij van dansen? Wat is de motivatie van de betrokkene? Waarom wil hij tango leren dansen? Om de fijne ervaring? Om een partner te ontmoeten? Om het prestige? Om geld te verdienen? Om aan competities deel te nemen? Dit zijn natuurlijk minder makkelijk in kaart te brengen elementen.

3. Zijn er in de omgeving mogelijkheden om tango te dansen?
Zijn er scholen en leraars? Is de vereiste muziek beschkbaar? Zijn er nog meer geïnteresseerden? Zijn er gelegenheden of verenigingen?

4. Leeft hij in een cultuur waar tango-dansen aangemoedigd of afgeremd wordt?Wordt tango-dansen als een waardevolle bezigheid gezien? Staat het hoog in aanzien?

Deze vragen komen overeen met de 4 kwadranten in het onderstaande schema:
















De wetenschappelijke benadering houdt zich vrijwel uitsluitend bezig met vraag 1. Het is duidelijk dat iemand die aan een spierziekte lijdt of een misvorming vertoont, maar moeilijk zal kunnen dansen.

Deze benadering zal maar in heel weinig gevallen een antwoord geven op het probleem. Meestal zal de betrokkene géén spierziekte of misvorming vertonen maar om andere redenen toch niet aan tango-dansen toekomen. Er moeten dus andere factoren zijn.

Ofschoon de wetenschappelijke benadering dus een legitieme benadering is, geeft zij geen antwoord op alle aspecten die van belang zijn. Zij laat een belangrijk terrein open liggen, dat bovendien moeilijker toegankelijk is voor wetenschappelijk onderzoek. Het is veel eenvoudiger een laboratoriumonderzoek uit te voeren en een pilletje voor te schrijven dan de invloed van een culturele matrix in kaart te brengen. Dat maakt de wetenschappelijke benadering niet waardeloos, maar wel beperkt.

Zorgenverstrekkers en beoefenaars van alternatieve therapieën hebben het terrein dat door de wetenschappen wordt opengelaten, dankbaar en zeker niet ten onrechte ingenomen. Een probleem daarbij is echter dat mensen die zich op dit terrein begeven, vaak de neiging vertonen zich te willen afzetten tegen "de wetenschap". Zij willen zich als "alternatief" profileren en gaan zich beroepen op een soort "alternatieve wetenschap" die spreekt over frequenties, trillingen, energieën, chakra's, aura-healing, meridianen, energielijnen, acupunctuurpunten, kwantumfluctuaties, bewustzijnsniveaus, enz. die méér zouden verklaren dan de gedoodverfde academische wetenschap. Zij begrijpen onvoldoende dat zij daarmee hun eigen specifieke bijdrage ondergraven en zich in feite toch terug op het terrein van de wetenschap begeven, met eindeloze discussies als gevolg. Zij blijven gegijzeld door dat waartegen ze zich verzetten. Een voorbeeld hiervan is de aanslepende discussie over homeopathie die zich als “wetenschap” wil profileren en daardoor de kern van de alternatieve zaak mist.

In een aantal andere vormen van therapie wordt aandacht besteed aan de vragen 3 en 4. Zij stellen terecht dat de mens niet in een vacuüm leeft en buiten zijn weten voortdurend bespeeld en beïnvloed wordt door het culturele bad waarin hij zich bevindt. Deze zogenaamde systemische benaderingen zien de mens als element in een groter systeem.

Het onderliggende paradigma is echter altijd: er is iets mis met u en een specialist zal dit oplossen met een methode die voor u zal werken. Dit wekt de verwachting van een oplossing die van buitenaf zal komen. Alleen zijn de hogepriesters van god nu vervangen door de hogepriesters van de wetenschap of van het alternatieve weten. Zoals een garagist uw wagen herstelt, zonder dat u zich daar het hoofd moet over breken, zo zal een deskundige uw lichaam en uw geest repareren zonder dat u daar iets voor hoeft te doen.

De echte paradigmashift zou het radicale inzicht zijn dat niets voor u zal werken, tenzij uzelf. Alleen u kunt voor uzelf werken. Dat is het terrein van vraag 2. Dat is de overgang van een deresponsabiliserend naar een responsabiliserend paradigma, van een disempowerend naar een empowerend paradigma. Een deskundige kan u wel uitleggen wat u moet eten om uw honger op een verantwoorde wijze te stillen, maar kan niet uw verantwoordelijkheid overnemen en in uw plaats eten. Alleen u kunt zorgen dat uw lichaam behoorlijk gevoed is. Alleen u kunt ook zorgen dat uw geest behoorlijk gevoed is.